Een consortium onder leiding van TNO start onderzoek naar multifunctionele buurthubs op de Amsterdam Knowledge Mile en in de stad Groningen
In steden komen steeds meer autoluwe en uitstootvrije gebieden. Dit heeft gevolgen voor de levering van goederen en diensten. Logistieke hubs bieden een oplossing. Vanaf deze plekken aan de rand van een stad of wijk worden goederen gebundeld en met elektrische voertuigen naar de plek van bestemming gebracht. Onderzoekers dachten een stap verder: wat betekenen zulke hubs voor de leefbaarheid van een wijk als je functies toevoegt en combineert? Samen met partners start TNO met een onderzoek naar zulke multifunctionele buurthubs.
Een consortium van TNO, Hogeschool van Amsterdam, Gemeente Groningen, Bedrijvenvereniging WEST en Knowledge Mile hebben succesvol onderzoeksfinanciering aangevraagd bij NWO. De partijen gaan een jaar lang onderzoek doen naar de meerwaarde, impact en ontwerpvoorwaarden van multifunctionele buurthubs in stedelijk gebied. Het project sluit aan op het CILOLAB project dat zich richt op efficiënt en emissieloos stedelijk goederenvervoer.
“Een hub is een logistieke faciliteit waar goederen en transportmiddelen van één of meerdere leveranciers samenkomen voordat ze bij de eindontvanger terecht komen, met als doel om van vervoerswijze te wisselen, zendingen te bundelen en/of aanvullende diensten te leveren.”
Multifunctionele hubs
In dit nieuwe Accelerator project “Neighborhood hubs for livable cities’’ staan multifunctionele buurthubs centraal. Het project heeft als doel om meer inzicht te krijgen in de toegevoegde waarde en de impact van het ontkoppelen van last mile logistiek in buurthubs. Er wordt onderzocht of diverse logistieke diensten (zoals afvalinzameling en pakketkluizen) op wijkniveau gecombineerd kunnen worden met deelmobiliteit en andere (sociale) functies (van dagbesteding tot afhaalpunt). Het doel is bij te dragen aan het realiseren van emissieloos vervoer, het beperken van de verkeersdruk, het reduceren van de ruimtelijke footprint van stedelijk goederenvervoer en het verbeteren van de leefbaarheid in de buurt door waarde te creëren voor bewoners en ondernemers.
Aanpak van het onderzoek: case studies in Amsterdam en Groningen
In het onderzoek staan twee cases centraal: een winkelgebied in een woonwijk in Groningen en een stadsstraat in Amsterdam. Onderzoekers en studenten van de Hogeschool van Amsterdam richten zich, samen met de Bedrijveninvesteringszone Knowledge Mile en Bureau8080 op de casus in Amsterdam. Onderzoekers van TNO en de gemeente Groningen richten zich, samen met Bedrijvenvereniging WEST, op de casus in Groningen. In Groningen wordt de haalbaarheid van een multifunctionele buurthub bestudeerd met verschillende lokale stakeholders. De uitkomst is een blauwdruk voor een multifunctionele buurthub waarin naast logistiek ook andere diensten gebundeld kunnen worden. In de blauwdruk is aandacht voor de toegevoegde waarde voor potentiële gebruikers, de financiële haalbaarheid en het effect op lokale leefbaarheidsaspecten.
Een essentieel onderdeel van het onderzoek is het businessmodel van buurthubs. Dit gaat niet enkel over de financiële kant maar ook over de waarde, doelgroepen, activiteiten, partners en middelen. Vervolgens worden de ontwerpvoorwaarden bepaald met aandacht voor de fysieke locatie en wordt een ontwikkelplan opgesteld. Door kennis uit te wisselen tussen de casussen, krijgen de betrokkenen inzicht wat er onder welke omstandigheden werkt en hoe buurthubs uitgerold kunnen worden in andere gebieden. In het project, specifiek voor de casus in Amsterdam, is ruimte voor studenten van de opleidingen Logistiek, Bedrijfskunde, Built Environment (Mobiliteit) van de HvA om deelvragen op te pakken en zo onderzoeksvaardigheden te ontwikkelen in een multidisciplinaire context. Afstudeerstudent Wesley Griffioen van de opleiding Logistics Engineering in april 2021 begonnen met een deelonderzoek naar de waarde van buurthubs voor afvalinzameling en -recycling. Hij vertelt hier meer over in een podcast aflevering van de serie “Van grijs naar groen”, waar Het Parool een artikel over schreef.
Zero emissie en autoluw
In 2021 is de Uitvoeringsagenda Stadslogistiek getekend. Vanaf 2025 komen er in 30-40 steden zero-emissie zones. In deze zones zijn alleen uitstootvrije voertuigen toegestaan voor het leveren van goederen en diensten. Naast restricties voor de uitlaat van emissies komen er in steden steeds meer autoluwe gebieden; parkeerplekken maken plaats voor groen. Logistieke hubs kunnen een oplossing bieden om goederen gebundeld en met zero-emissievervoer bij de eindontvanger af te leveren, ook buiten deze gebieden.
Kader – Subsidieverstrekker NWO
Dit project maakt deel uit van het Acceleratorprogramme dat (mede)gefinancierd is door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), Ministerie Infrastructuur & Waterstaat, Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek (SIA) en de Topsector Logistiek. TKI Dinalog houdt toezicht op de voortgang en de inhoudelijke aansluiting op de innovatieagenda van de Topsector Logistiek.
Met de call ‘Accelerator 2020’ sluit NWO aan op de agenda van de Topsector Logistiek en wordt ingespeeld op maatschappelijke uitdagingen van de logistieke sector.
Lees meer over de call: https://www.nwo.nl/onderzoeksprogrammas/accelerator-kennis-en-innovatie-voor-een-concurrerende-logistieke-sector-0
Lees meer over de bekendmaking van de gehonoreerde projecten: https://www.dinalog.nl/accelerator-2020-honoreert-dertien-consortia-binnen-topsector-logistiek/ .
Kader – Hubs in diverse soorten
Er is al veel aandacht voor de ontwikkeling van logistieke hubs aan de rand van steden. Ook leveranciers van de UvA-HvA en TNO maken gebruiken van dit soort hubs. Daarnaast zijn er hubs op buurtniveau voor het leveren en ophalen van pakketjes en worden hubs voor elektrisch deelvervoer onderzocht. Zo is de HvA sinds 2019 betrokken bij het Europese project e-HUBS. Dit zijn plekken op wijkniveau waar elektrisch deelvervoer (zoals vrachtfietsen) en laadinstrastructuur samenkomt. In het CILOLAB project en de diverse Outlooks Stadslogistiek 2020 worden uiteenlopende hub-concepten bestudeerd om niet enkel de emissies, maar ook de ruimtelijke voetafdruk van stedelijke bevoorrading af te doen nemen.